De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV).
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. Baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben (stelsel van baten en lasten wordt dus toegepast). Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Waarderingsgrondslagen
Algemeen
De gemeenteraad heeft de verordening ex artikel 212 Gemeentewet vastgesteld.
Eigen bijdragen van het Centraal administratiekantoor (CAK)
Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is en derhalve niet valt onder de reikwijdte van de rechtmatigheidscontrole door de accountant van de gemeente. Dat betekent dat door de gemeenten geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kan worden verkregen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau, zoals hiervoor is toegelicht.
'Bron: Kadernota rechtmatigheid 2017 BBV'
Investeringen algemeen
De volgende algemene afspraken zijn vastgelegd voor waardering van investeringen:
- Er wordt geen rente toegeschreven aan een te activeren investering;
- Toeschrijven van interne uren aan investeringen en deze uren ook activeren vindt alleen plaats indien dit bij de aanvraag van het krediet aangegeven wordt;
- De resultaten als gevolg van de verkoop van investeringen worden verantwoord op het programma waar ook de kapitaallasten van de investering worden verantwoord;
- Bij het bepalen van de afschrijvingen wordt de restwaarde van de investering op nihil gesteld;
- Er wordt gestart met afschrijven het jaar na gereedkomen van het actief;
- Bij lopende investeringen vindt toerekening van rente voor 100% plaats over de boekwaarde op 1 januari.
Vaste activa
Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn.
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd indien aan de volgende vereisten is voldaan:
- er is sprake van een investering door een derde;
- de investering draagt bij aan de publieke taak;
- de derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen;
- de bijdrage kan door de gemeente worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de gemeente anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.
Materiële vaste activa
Bij de materiële vaste activa wordt in het BBV onderscheid gemaakt tussen investeringen met een economisch nut, investeringen met een economisch nut waarvoor ter bestrijding een heffing kan worden geheven en die met een maatschappelijk nut.
Vanaf 2017 is het vanuit het BBV verplicht om alle investeringen te activeren. De materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Bijdragen van derden zijn op de investering in mindering gebracht. Over het dan resterende bedrag wordt afgeschreven.
Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, wanneer deze naar verwachting duurzaam is.
Afschrijvingstabel
In deze tabel zijn de afschrijvingstermijnen opgenomen naar soort van investering:
Afschrijvingstabel investeringen | ||
---|---|---|
Nr. | Omschrijving | Advies |
Algemeen | ||
Minimumbedrag activering, m.u.v. gronden en terreinen | € 10.000 | |
1. | Immateriële vaste activa | |
1.1 | Kosten van sluiten geldleningen + saldo van agio en disagio | niet activeren |
1.2 | Kosten van onderzoek en ontwikkeling | 5 |
2. | Materiële vaste activa (Investeringen in economisch nut) | |
2.1 | Gronden en terreinen | |
Gronden en terreinen | Geen afschrijving | |
2.2 | Woonruimten | |
Woonruimten | 40 | |
2.3 | Gebouwen | |
Gebouwen - permanent | 40 | |
Gebouwen - semi-permanent | 15 | |
Gebouwen - noodgebouw / tijdelijk gebouw | 10 | |
Gebouwen - aanpassingen / renovaties | 25 | |
Gebouwen - uitbreidingen oorspronkelijk gebouw | 40 | |
Overige gebouwen | 15 | |
2.4 | Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | |
Riolering - aanleg vrijverval, pompputten en randvoorzieningen incl. relining | 60 | |
Riolering - Electro mechanisch (incl. kasten besturing en pompen) | 15 | |
Drukriolering (leidingen) en drainage | 40 | |
Riolering - overig | 60 | |
Begraafplaatsen | 60 | |
Speelterreinen en parken - (kunst)grasvelden t.b.v. sportaccommodaties | 20 | |
Overige grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 15 | |
2.5 | Vervoersmiddelen | |
Vrachtauto's | 10 | |
Tractoren en heftrucks | 10 | |
Personenauto's en bestelbussen | 7 | |
Aanhangwagens | 7 | |
Grote (maai)machines | 7 | |
Zoutstrooiers, sneeuwploegen | 10 | |
Woonwagens | 15 | |
Brandweer - personenauto's en bestelbussen | 7 | |
Brandweer - blusauto's | 15 | |
Brandweer - personeel / materieelwagens | 15 | |
Brandweer - hulpverleningsmaterieel | 15 | |
Overige vervoersmiddelen | 7 | |
2.6 | Machines, apparaten en installaties | |
Machinaal handgereedschap | 7 | |
Dranghekken | 7 | |
Fietsenstallingen | 10 | |
Computerapparatuur | 4 | |
Brandweer - kleding | 5 | |
Brandweer - persluchtapparatuur | 5 | |
Brandweer - verbindingsmaterieel | 5 | |
Brandweer - overig | 5 | |
Overige machines, apparaten en installaties | 7 | |
2.7 | Overige materiële vaste activa | |
Software | 4 | |
Onderwijs leer- en hulpmiddelen / schoolmeubilair | 10 | |
Kantoormeubilair | 7 | |
Speelterreinen en parken - veldverlichting | 15 | |
Speelterreinen en parken - asfalt-, kunststof-, gravelbanen | 15 | |
Overige materiële vaste activa | 10 | |
3. | Investeringen in maatschappelijk nut | |
Reconstructie c.q. aanleg Wegen, straten, paden en pleinen (excl. Gronden) | 25 | |
Reconstructie c.q. aanleg Wandel- en fietspaden | 25 | |
Bruggen/viaducten/duikers (hout) | 40 | |
Bruggen/viaducten/duikers (beton) | 60 | |
Masten OVL, veldverlichting en verkeerslichten | 40 | |
Armaturen OVL, veldverlichting en verkeerslichten | 20 | |
Groenreconstructies | 20 | |
Inrichting speelterreinen en parken (bv. Grasvelden, afrastering, beplanting, drainage, doelen, incl. vervangen speeltoestellen) | 15 | |
Overige investeringen in maatschappelijk nut | 15 |
Financiële vaste activa
De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten) verminderd met de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid op de boekwaarde in mindering gebracht. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere marktwaarde plaats.
Vlottende activa
Voorraad
Onderhanden werk, gronden in exploitatie
Deze gronden zijn gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs. Voor gronden waarvan de in de administratie voorkomende vervaardigingsprijs hoger is dan de actuele waarde is een voorziening gevormd ter dekking van het nadelig verschil.
Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.
Gereed product en handelsgoederen
De voorraad eigen verklaringen is gewaardeerd tegen de laatst bekende verrekenprijzen van de leverancier.
Uitzettingen met een rente typische looptijd korter dan 1 jaar
De vorderingen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht.
Liquide middelen
De liquide middelen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Overlopende activa
De overlopende activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Vaste passiva
Eigen vermogen
De reserves zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting of het voorzienbare verlies. De voorziening verliesgevende complexen en de voorziening pensioen voormalige wethouders zijn gebaseerd op basis van de contante waarde.
Vaste schulden met een rentetypische looptijd langer dan 1 jaar
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen.
Vlottende passiva
Netto-vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan 1 jaar
De vlottende schulden zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.
Overlopende passiva
De overlopende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde.